De hemel, de aarde en de ladder

 

Het merendeel van mijn leerlingen kent het Bijbelse verhaal niet meer, het verhaal van de ladder die tot aan de hemel reikt, waarlangs Gods engelen opklommen en neerdaalden… De eerste ervaring die Jakob had met de God van zijn vader en grootvader. Tot die wonderlijke droom bij Betel kende Jakob God uit de overgeleverde verhalen van zijn vader Isaak en zijn grootvader Abraham.

Mijn leerlingen kennen nog slechts enkele bijbelverhalen waarin gesproken wordt over God. Bidden doet nog maar een enkeling; meestal bij oma en opa thuis. De God waarover en waarmee gesproken wordt is dan vooral een God van het sprookjesachtige verleden van wonderen, engelen en het horen van Gods stem. In het verleden was duidelijk wat de waarheid was. Tegenwoordig is deze waarheid in een multiculturele en multireligieuze klas onder kritiek komen te staan.

De ladder die tot de hemel, tot God, reikt en de hemel open en benaderbaar maakt, lijkt al lang niet meer zo eenvoudig begaanbaar. En de hemel? Die lijkt enkel nog te bestaan als antwoord op de moeilijke vraag waar opa nu is.

 

Wat is er gebeurd met de ladder waarlangs onze voorouders eeuwenlang het contact met de hemel ervoeren? In dit artikel wil ik achtereenvolgens ingaan op de hemel, de aarde en de ladder om tot slot te komen tot onze ladder die tot God reikt.

 

De hemel

In mijn eigen godsdienstige opvoeding leerde ik als kind zingen: ‘Boven de wolken, daar woont God de Heer. Hij wil voor ons zorgen, nu en morgen, altijd weer’. De geschiedenis van het veranderende wereldbeeld voltrok zich op microniveau in mijn eigen leven. Terwijl ik ouder werd ontdekte ik de hemel als een wolkendeken en daarna…. Rondzwevend gesteente in een oneindig niets. God en de engelen waren ver te zoeken. Toen ik met meer regelmaat het nieuws ging volgen ontdekte ik dat God misschien wel voor míj wilde zorgen, maar dat Hij er voor 2/3 van de kinderen in de wereld toch aanzienlijk meer moeite mee had. Het tijdperk van míjn kritische vragen ten aanzien van God was aangebroken. De religieuze taal die ik als kind gewoon was te horen en te spreken leek niet langer te voldoen.

 

Wat ik als kind verloor, waren we in het westen al langere tijd kwijt geraakt. Nietzsche zag het gebeuren en bracht het onvergetelijk onder woorden als antwoord op de vraag waar God is:

'Dat zal ik jullie zeggen! Wij hebben hem gedood - jullie en ik! Wij allen zijn zijn moordenaars! Maar hoe hebben wij dit gedaan? Hoe hebben wij de zee kunnen leegdrinken? Wie gaf ons de spons om de horizon uit te vegen? Wat hebben wij gedaan, toen wij deze aarde van haar zon loskoppelden? In welke richting beweegt zij zich nu? In welke richting bewegen wij ons? Weg van alle horizonnen? Vallen wij niet aan één stuk door? En wel achterwaarts, zijwaarts, voorwaarts, naar alle kanten? Is er nog wel een boven en beneden? Dolen wij niet als door een oneindig niets? Ademt ons niet de ledige ruimte in het gezicht? Is het niet kouder geworden?” (Die fröhliche Wissenschaft, 1882, vertaling van P. Hawinkels)

 

Toen we de aarde van de zon loskoppelden verloren we ons zicht op de hemel. We rekenden af met wonderen en bovennatuurlijke wezens die tussen hemel en aarde op- en neer bewogen. Niet langer waren we afhankelijk van een milde of wrede God. We verlegden onze horizon en ontdekten de aarde. Het geloof in de vooruitgang nam de plaats in van het geloof in God. Ooit zouden we onze eigen hemel op aarde kunnen maken?!

 

De aarde

Het verlies van de hemel liep onvermijdelijk uit op het verlies van de aarde. We ontzielden niet alleen de hemel, maar ook onszelf. Want, in de woorden van Novalis:

“Wie kan er aarden hier beneden als er geen hemel is?” (Liedboek voor de Kerken, 454:2)

 

De ontzieling van de aarde was het logische gevolg van het afscheid dat wij namen van de Schepper. Hoe kan het leven op aarde nog een gave zijn als er geen Gever meer is? We verloren het mysterie van het leven, de bezieling, en bleven achter met koude feiten en de realiteit. Deze ontzieling van de aarde leidde tot afstand tussen de mens en de aarde. We meenden dat de aarde iets is wat je kunt bezitten, evenals de lucht en het water. Maar wanneer de aarde en alles wat daarop leeft een bezit wordt, verliezen we de hemel en verliezen we onszelf. We kunnen niet meer aarden in ons aardse thuis. De aarde wordt onze vijand en zucht onder onze heersende handen.

 

Zonder eigen ziel zijn we niet in staat om noch in de natuur, noch in het gelaat van de ander, het heilige te zien. Na twee wereldoorlogen, waarin we blind waren voor het heilige in de ander, bleken we niet meer te kunnen geloven in de maakbare hemel op aarde. Als de hemel niet meer bestaat en ons leven op aarde het enige is dat we overhouden, krijgt geluk een heel andere, beperkte betekenis. Dan gaat het met name om mijn geluk in het hier en nu. We maken onze eigen hemel op aarde.

 

Na twee eeuwen hebben we ontdekt dat het inderdaad kouder is geworden en we in het Westen met name ons eigen zélf ontzield hebben.

 

De ladder

De ladder – dat is de weg waarlangs we de hemel bereiken, contact maken met God. Zo staat de ladder symbool voor de verbinding tussen hemel en aarde. Het spreken van God beweegt zich op en neer, van de aarde naar de hemel en weer terug, terwijl de ladder op de aarde rust. Via de aarde kan de mens zich verhouden tot God. Immers, onze kennis is met grote stappen vooruit gegaan, maar altijd blijven er onbeantwoorde vragen die voortkomen uit ons bestaan op aarde. Waarom ben ik er en waartoe dient mijn leven?

 

In de eeuwen die achter ons liggen hadden we richtingwijzers die ons hielpen bij deze laatste vragen. Onze (voor)ouders, de bijbel, de kerk, heiligen… ze hielpen ons om ook zelf de ladder te beklimmen. Sinds we de wereld om ons heen instrumentaal zijn gaan benaderen, zijn we steeds kritischere vragen gaan stellen aan deze richtingwijzers. We trapten tegen de ladder aan en de ladder viel om. Het laatste woord, de laatste autoriteit ten aanzien van het ware, kwam bij onszelf te liggen. We vormen al dan niet onze eigen religieuze identiteit in een wereld die in onze beleving zo klein als een dorp geworden is. In onze multiculturele samenleving ontdekten we dat er naast de ladder van Jakob nog meer andere ladders zijn waarlangs mensen contact maken met de hemel, het goddelijke.

 

Onze ladder die herreikt tot de hemel

Het verlies van de hemel, de aarde en de ladder, hier slechts in een notendop beschreven, is het verhaal van de mens die op 3 niveau’s zijn verbindingen verbroken lijkt te hebben: de verbinding met de hemel (God), de verbinding met de aarde en zo ook de verbinding met de ladder (mens, tradities). Is religie daarmee afgeschreven? Ademt ons de lege en koude ruimte in het gezicht?

 

Het lijkt er niet op dat we in het voorspelde religieloze tijdperk leven. Religie is terug van weggeweest. Het is overal om ons heen aanwezig. We gaan ons steeds meer beseffen wat we weggepoetst hebben. We zijn op zoek: naar een plek binnen de horizon, naar bezieling in werk en leven, naar onze Nederlandse identiteit en geschiedenis, naar wat ons samenbindt in een multicultureel land.

 

Religie is herbinding. Opnieuw de verbinding maken. De God van Abraham en Isaak was voor Jakob de God van zijn voorouders. Geloven in deze God verbond hem met zijn vader en overgrootvader.

Geloof verbindt ons met onze voorouders. Het verbindt ons met de ervaring die zij hadden met het leven op aarde, de vragen die zij stelden. Mijn dagelijks leven ziet er anders uit dan het leven van mijn bet-overgrootmoeder, maar ik ga me steeds meer beseffen dat haar diepste vragen waarschijnlijk niet zoveel verschilden met mijn diepste vragen: naar mijn bestaan, naar de zin van mijn leven, de uiteindelijke vragen ten aanzien van de dood die eens zal komen. Zo heeft het kerkelijk vieren van de christelijke feestdagen de laatste jaren bij mij een extra waarde gekregen. In een cultuur waarin alles in rap tempo veranderd doet het mij wat om liederen te zingen die al eeuwen van geslacht op geslacht bij feestdagen in kerken klinken. Liederen die betekenis geven aan mijn leven, die ook in de generaties voor mij van diepe betekenis waren voor mensen. Het verbindt mij met de generaties voor mij. Een voortgaande verbinding die in vele andere opzichten verbroken is. De generaties voor mij vormen zo een deel van de ladder. Het herinnert mij er aan dat ik een gast ben op aarde.

En dát besef, dat ik een gast ben op aarde, stelt me in staat om de verbinding naar de aarde te maken. Ik leef in het besef dat ik een van de vele gasten ben op onze oude aarde. De andere gasten om mij heen verschillen niet zoveel van mij. Ook zij worden geconfronteerd met de diepe menselijke vragen. Dáárin herken ik mijn naaste en juist daarin kan ik de verbinding met de ander maken. In een tijd waarin religie eerder tweespalt lijkt te brengen in de wereld, moeten we op zoek gaan naar de diepste bron van religie: het verlangen naar een plek om te bestaan binnen die horizon, het verlangen naar bezieling. Juist op dat punt kunnen we met elkaar de dialoog aangaan: wat is jouw horizon en hoe bepaalt dat jouw wereld? En waar bevind ik mij binnen jouw horizon? Dan is religie niet langer een drama dat tweespalt geeft, maar een blij spel waar de ene mens meer mens wordt in de ontmoeting met de ander.

 

Religie kan ons ook opnieuw verbinden met de aarde. Als we voor ogen krijgen wat onze plek binnen de horizon is, dan gaan we door de religie zien dat wij de aarde toebehoren en niet andersom.

 

Het cultureel en religieus pluralisme heeft er voor gezorgd dat mensen uit verschillende bronnen putten. Verschillende religies en tradities vullen elkaar aan. We lijken onze eigen, samengestelde ladder te beklimmen.

 

Staan deze ladders stevig? Kunnen we tot God reiken met deze verschillende, persoonlijke, ladders?

 

Onze ladder staat mijns inziens stevig als deze daadwerkelijk verbindt op 3 niveaus: de mens met God, de mens met de mens en de mens met de aarde.

God kan slechts bestaan in deze drievoudige relatie. Door de ander en door onze verbondenheid met en gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de aarde, ontmoeten wij God en kunnen wij in verbondenheid bezield leven.

 

 

ingeboef.nl © 2008